*GEBRUIKSAANWIJZING SPANNINGSREGELAAR*
*type L 6V/75W
plus aan frame*
LET OP: VERKEERD
AANSLUITEN LEIDT TOT ONHERSTELBARE SCHADE AAN
DE REGELAAR.
LET OP: Bij een Lucas dynamo is één
borstel verbonden met het huis en de andere borstel
met de "D" aansluiting. De
veldspoel is ook met één aansluiting verbonden met het huis
de andere is de "F" aansluiting. Controleer
dit !
Deze regelaar is NIET geschikt voor gebruik in combinatie
met Lithium(ion) accu’s !
STAP 1: Het testen en polariseren van
de dynamo. (zorg ervoor dat de accu opgeladen is)
1.1 Maak alle draden naar de minpool
van de accu los.
Verbind de pluspool van de accu met het frame van de motor (blijvend).
1.2 Neem eventuele uitwendige draden
aan "D" en "F" van de dynamo los.
Meet met de universeel meter (in de stand Ohm) de weerstand tussen
"F" en het huis van de
dynamo; de waarde moet liggen tussen 3 en 6 Ohm. (Is de waarde lager dan
3 Ohm laat dan
de veldspoel controleren op windingsluiting.)
1.3 Het polariseren van de dynamo voor PLUS
aan massa.
Met een stuk stevig elektriciteitsdraad wordt er drie- tot vier maal een
kortstondige verbinding
(ca. 0,5 sec.) gemaakt tussen de min van de accu en de “F”
aansluiting op de dynamo.
Dit vonkt een beetje maar dat kan geen kwaad.
De dynamo is nu gepolariseerd voor PLUS aan massa.
1.4 Maak vervolgens een verbinding
tussen "D" en “F”
van de dynamo, sluit tevens de universeel meter
aan (in de stand volt) met de minpool van de meter aan deze
verbinding en pluspool van de meter
aan het huis van de dynamo.
Start nu de motor en laat deze tussen de 2000 en 3000 RPM draaien.
De meter geeft een waarde aan die tussen de 10 en 20 volt moet liggen,
tevens is het belangrijk dat
deze waarde POSITIEF is. Verwijder de verbinding tussen “D”
en “F” .
1.5 Sluit nu de meter (in dezelfde
stand “volt”) aan met de min op “D” en de plus op het huis
van de dynamo.
Tevens wordt er een lamp van 12 volt (vermogen tussen de 20 en 60 Watt)
aangesloten op “D” en het huis.
Vlak voordat de motor nu voor de tweede keer gestart gaat worden wordt
de “F” aansluiting op de dynamo
met de extra draad aangesloten op de min van de accu.
Laat nu de motor weer 2000 tot 3000 RPM draaien.
De lamp moet nu goed branden en de uitslag van de meter moet ook weer POSITIEF
zijn.
1.6 In het geval dat er bij de
bovenstaande testen afwijkende waarden gevonden worden altijd contact opnemen
met de leverancier van de regelaar.
STAP 2: Het bevestigen van de regelaar.
De regelaar is zo geconstrueerd dat deze in het huis van een originele
"Lucas" past.
Bij dit model mag het gat van het bevestigingsboutje opgeboord worden
naar 4 mm door de sticker heen.
Eén van de gereedschapskastjes is ook een prima locatie.
STAP 3: Het aansluiten :
3.1 Zorg altijd voor goede
aardverbindingen, maak desnoods een draad tussen het huis van de
dynamo naar het aardpunt op het frame.
3.2 Gebruik geen kroonsteen maar
kabelschoentjes (rood voor 1,5 kwadraat) en zet deze met het
juiste gereedschap vast.
3.3 Verbind "E" (rood) van de
regelaar met het aardpunt op het frame.
Verbind "D" (geel) en "F" (groen) van de regelaar
met de overeenkomstige punten op de dynamo
(NIET VERWISSELEN !)
De "A" (grijs) wordt via de ampèremeter aangesloten op de
minpool van de accu; in deze leiding moet
een zekering van 10 ampère opgenomen worden. (Zie ook figuur 2 op de
achterkant van dit blad)
3.4 Zorg ervoor dat er geen mechanische
spanning op de draden van de regelaar komt te staan.
3.5 Na een extra controle van de
aangesloten draden mag de pluspool van de accu aangesloten
worden.
>LET OP : Bij werkzaamheden aan de dynamo, of bij het
los nemen van aansluitingen van de regelaar altijd eerst de minpool van de accu
los nemen!
>NOOIT “D” en “F” doorverbinden bij draaiende motor en
aangesloten regelaar !!
>Het wordt aanbevolen om gedurende langere stilstand
van de motor één pool van de accu los te koppelen.